21st Century Skills

 

 

21e Century Skills
De maatschappij verandert door technologie en digitalisering van een industriële naar een kennis- en netwerksamenleving. Gevolg is bijvoorbeeld dat meer mensenwerk wordt gedaan door machines. En bij steeds meer werk worden computers en ict gebruikt. Werk verandert, functies veranderen. Jongeren hebben 21e eeuwse vaardigheden nodig om hierop voorbereid te zijn.

Wat zijn de 21e Century Skills?
21st century skills is een overkoepelende naam voor bepaalde competenties. Denk bijvoorbeeld aan creativiteit, communiceren, digitale vaardigheden en mediawijsheid. Ieder kind start op de basisschool al met het ontwikkelen van deze vaardigheden. Het doel van de 21st century skills is kinderen de juiste basisvaardigheden leren zodat ze succesvol kunnen deelnemen aan de maatschappij van de toekomst.

De 11 competenties staan weergegeven in onderstaand model, van Nationaal Expertisecentrum Leerplanontwikkeling (SLO) en Kennisnet. 

Op de website van SLO vind u een uitgebreide toelichting op het model en de vaardigheden.

Toelichting op het model en de vaardigheden

Wat valt onder welke term
Creativiteit: het vermogen om nieuwe ideeën, benaderingen, oplossingsstrategieën en inzichten buiten de gebaande paden te maken en verfijnen. Hier kun je bijvoorbeeld aan werken met vakken als techniek en handvaardigheid, maar ook met bijvoorbeeld rekenen.

Kritisch denken: het vermogen om zelf een eigen visie of onderbouwde mening te formuleren. Hier kun je met veel verschillende vakken aan werken. In de bovenbouw kan dit heel goed met debatteren, maar ook bij mondeling taalgebruik, tijdens bijvoorbeeld de kring of taal.

Communiceren: het effectief en efficiënt overbrengen en ontvangen van een boodschap. Hier werken leerkrachten eigenlijk iedere dag aan tijdens allerlei vakken, maar ook tussen de lessen door. Kinderen mogen dingen aan elkaar vertellen of uitleggen. De leerkracht geeft hierbij indien nodig feedback, zodat het kind leert nog effectiever en efficiënter de boodschap over te brengen. Tijdens lessen sociale vaardigheden wordt er ook gewerkt aan duidelijk geven en ontvangen van een boodschap.

Sociale en culturele vaardigheden: in staat zijn om met mensen van verschillende etnische, sociale, organisatorische en politieke achtergrond effectief samen te leren, werken en te leven. Ook dit zit in het leven van alle dag verweven en krijgt extra aandacht tijdens lessen sociale vaardigheden.

Samenwerken: gezamenlijk een doel halen, elkaar aanvullen, inspireren en ondersteunen. Hiervoor zijn coöperatieve werkvormen zeer goed te gebruiken.

Probleemoplossend vermogen: het (h)erkennen dat problemen bestaan en tot een plan van actie kunnen komen om deze op te lossen. Ook dit komt bij veel vakken en meerdere lessen terug.

Zelfregulering: het vermogen om zelfstandig te handelen in afstemming op de taak en de omgeving, rekening houdend met de eigen capaciteit en verantwoordelijkheid nemend voor het eigen handelen. Dit blijft misschien wel één van de moeilijkste opdrachten, maar is dan ook zeker een gebied waar in het onderwijs veel tijd aan wordt besteed. Naast de dagelijkse praktijk komt dit onderdeel ook voor in lessen sociale vaardigheden.

Computational thinking: het procesmatig (her)formuleren van problemen op een zodanige manier dat het mogelijk wordt om met computertechnologie het probleem op te lossen. Dit gebied lijkt, mijns inziens, het verste af te staan van het onderwijs zoals de meeste scholen dit kennen. Dit gebied heeft betrekking op programmeren en vooraf nadenken over stappen. Op internet zijn hier leuke lesideeën over te vinden zoals bijvoorbeeld deze. Ook komen er steeds meer materialen op de markt die hier aan werken zoals Osmo-coding (leuk vanaf de kleuters tot en met groep 8) en de Ozobot.

Informatievaardigheden: het scherp kunnen formuleren en analyseren vanuit bronnen, het op basis hiervan kritisch en systematisch zoeken, selecteren, verwerken en gebruiken van relevante informatie en deze op bruikbaarheid en betrouwbaarheid beoordelen. Leerlingen moeten bij ons op school vanaf groep 5 een werkstuk maken. We proberen de leerlingen dan ook te begeleiden in het kritisch kijken naar bronnen en het gebruiken van meerdere bronnen. Daarnaast bieden ook lessen studievaardigheden en begrijpend lezen hierbij meestal al redelijk veel materiaal. Daarnaast kan de leerkracht hier ook mooie lessen over geven door alleen al eens verschillende kranten van één en dezelfde dag mee te nemen.

ICT basisvaardigheden: kennis en vaardigheden die nodig zijn om de werking van computers en netwerken te begrijpen, om te kunnen omgaan met verschillende soorten technologieën en om de bediening, de mogelijkheden en de beperkingen van technologie te begrijpen. De meeste kinderen van nu en de toekomst zullen hierin hun ouders en leerkrachten voorbij streven. De ontwikkelingen op ICT gebied gaan hard, deze houden de kinderen allemaal redelijk bij. Daarnaast blijft het belangrijk dat het kind een tekstverwerker kan gebruiken (ik ga er tenminste vanuit dat de sollicitatiebrief voorlopig nog even blijft bestaan).

Mediawijsheid: het geheel van kennis en vaardigheden en mentaliteit waarmee burgers zich bewust, kritisch en actief kunnen bewegen in een complexe, veranderlijke en fundamenteel gemedialiseerde wereld. Ook hierbij zou de tip die ook bij informatievaardigheden staat, namelijk verschillende kranten van één en dezelfde dag, goed kunnen werken. Daarnaast bestaat er bijvoorbeeld de week van de mediawijsheid waarin kinderen van groep 7 en 8 middels het project mediamasters moeten nadenken over alles wat met mediawijsheid te maken heeft.

Waarom zijn 21st Century Skills belangrijk?
De 21st century skills zijn belangrijk omdat de wereld constant verandert. Het is aan ons om hierin mee te bewegen en onze kinderen zo goed mogelijk voor te bereiden op hun toekomst.

Door de digitalisering hebben we toegang gekregen tot een brede, nieuwe wereld: de digitale wereld. Deze wereld heeft haar eigen normen en waarden. Een stukje mediawijsheid is dan essentieel, immers je kunt niet alles dat op internet staat geloven. Daarbij gaat de ontwikkeling van technologie steeds sneller en dat maakt onze samenleving dynamischer en flexibeler. Met de 21st century skills wordt je kind daar zo goed mogelijk op voorbereid.

De vaardigheden sluiten naadloos aan op het toekomstbeeld van je kind(eren). Het is belangrijk dat kinderen van jongs af aan leren om te gaan met technologie. Hoe werkt het? Wat kun je ermee? Waar moet je op letten? Hoe kun je ze in je voordeel gebruiken?

Doordat steeds meer werk geautomatiseerd wordt en robots bepaalde banen overnemen, is de voorspelling dat er in de toekomst meer behoefte komt aan ‘mensen’-werkers en mensen met specifieke kennis. De 21e -eeuwse vaardigheden als samenwerken, creativiteit, sociale- en culturele vaardigheden zijn voor opgroeiende kinderen dan ook onmisbaar.

Tips voor ouders
Misschien wilt u in de opvoeding van uw kind(eren) ook extra aandacht besteden aan 21st century skills. Hieronder wat praktische tips:

  • Praat met uw kind(eren) open over internet, social media en situaties die zich daarop voordoen.
  • Laat uw kind(eren) meedenken over bepaalde problemen/situaties. Vaak komen ze met verrassende en creatieve oplossingen.
  • Vraag ze om hun mening.
  • Help ze bij het (online) verzamelen van informatie voor bijvoorbeeld een spreekbeurt.
  • Wees bewust van uw eigen (online) gedrag en uw voorbeeldfunctie hierin. Zorg voor een goede balans tussen on- en offline zijn. Misschien kunt u uw telefoon wat vaker wegleggen of thuislaten.
  • Sta open voor verandering en de veranderende maatschappij. Beweeg mee met uw kind, we kunnen vaak ook nog wat van hen leren.